Wednesday, June 14, 2006

3.

Stipt als steeds zat hij op het dak
Rechtop naar behoren
Wijdbeens wachtend op ’t gemak
Klaar om te bekoren

Lid gericht met zicht op ’t raam
Spoedig zou ze komen
Reeds gehurkt, niet in te tomen
Om vuil te doen tesaam

Eén sprong en daarna dwars gezeten
De pijn die ’t landen bracht
Werd blij met slag en stoot verbeten
Luidkeels in haar schacht

Leeggeboord toen zag hij haar
De terugtocht deerlijk falen
En meters dieper kermend balen
Haar bakkes op ’t trottoir.

0 Comments:

Post a Comment

<< Home